De laatste week van de vakantie voelde heel dubbel. Ik wist niet zo goed of ik er naar uit keek dat mijn zesjarige bijna weer naar school ging, of dat ik er tegenop zag. Net zoals ik een beetje een dubbel gevoel heb overgehouden aan de vakantie. We zijn heerlijk weggeweest met ons gezin, maar verder rolde hij van het ene virus in het andere en werd hij zelfs een keertje opgenomen in het kinderziekenhuis in Rotterdam omdat hij te ziek was om thuis voor hem te zorgen. Gelukkig was hij beter toen de scholen weer begonnen en ineens was het grote moment daar. Zijn eerste dag op zijn nieuwe school. Een reguliere basisschool.
Zijn eerste schooldag.
Allemaal moeten we weer wennen aan ons ochtendritueel. Weer terug in het stramien. Zussie in de kleren, zelf een beetje voor de dag komen en onze zesjarige om half negen op zijn nog onbekende schoolplein afleveren. De eerste week stap ik in de rol van verpleegkundige en ga ik met hem mee om medisch toezicht te houden. Omdat we nog bezig zijn om een nieuwe verpleegkundige in te werken, en omdat mijn moederhart dat wil. Hem loslaten op een nieuwe school waar hij niemand kent en niemand hem, dat is een beetje too much. Zowel vanwege zijn medische achtergrond, maar ook emotioneel gezien.
Ik zet de wekker iets eerder zodat we niet hoeven te haasten en alles loopt zowaar op rolletjes. Ik probeer de steen in mijn maag, die ik steeds groter voel worden, te negeren. Als ik ‘de ik ga naar school’ foto op Facebook plaats, slik ik ongezien een paar tranen weg. Ik zet er bij: veel plezier jongen. En denk bij mezelf: hoop ik.
Tijd om te gaan.
Aan de ene kant is het fijn dat ik mee ga de eerste week. Maar het is ook zo moeilijk om hem te zien worstelen met zijn onzekerheid. Onzekerheid dat elk kind waarschijnlijk wel heeft de eerste schooldag, maar ik zit er nu zo met mijn neus bovenop. Vanachter het raam probeer ik hem in gedachten aan te moedigen als ik zie dat hij op het plein wordt aangesproken door andere kinderen. Ik zou zo graag even naar buiten lopen om hem te begeleiden in dat gesprekje, maar hij moet het zelf doen.
Door zijn canule is hij moeilijk verstaanbaar,
en ik probeer hem over te halen om zijn spreekdop te gebruiken. (Ik zal binnenkort op mijn blog uitleggen hoe een spreekdop werkt, maar dat is een beetje een technisch verhaal). Met spreekdop heeft hij veel meer stemvolume, maar de drempel om die dop te gebruiken is bij hem torenhoog. Hij vindt dat hij dan een rare stem heeft en hij schaamt zich hier voor. Maar ik zie dat zijn klasgenootjes hem zonder dop maar moeilijk kunnen verstaan en daardoor is er weinig interactie en zie ik hem wat verloren rondlopen.
Die drempel over met een vleesetende plant.
Ik kijk het twee dagen aan en als we woensdag samen het schoolplein op lopen zeg ik heel impulsief: Als jij een week lang zo veel mogelijk jouw spreekdop gebruikt, krijg je van mij een vleesetende plant. Zijn ogen worden zo groot als schoteltjes en rollen bijna uit hun kassen. Hij begint te straaaaalen! Ik wil mijn spreekdop de hele dag op, en ik ga hem de hele dag gebruiken! Een schot in de roos.
Hij moet er wel regelmatig door mij of door de juf aan herinnerd worden, maar die drempel gaat hij over. Ik voel mijn hart weer een stukje groeien, wat ben ik toch trost op mijn wonderkind.
Ik zag een groot verschil tussen dag 1 en dag 5 en mijn onzekerheid maakt langzaam plaats voor vertrouwen. Ik ben zo benieuwd hoe het komende jaar er uit zal gaan zien voor hem, maar ik heb er steeds meer vertrouwen in dat het wel goed gaat komen. We hoeven ook geen sprongen te maken, met deze kleine stapjes zijn we al zo blij. En nu op naar de Ikea. Dat wordt wel een uitdaging, want hij is weer ziekig. Maar niet gaan was geen optie volgens hem. Hopelijk zijn er nog vleesetende planten want die heeft hij dik verdiend!
3 comments: On eerste week, nieuwe school, drempel over
Mooi geschreven Heleen. ? En die plant heeft hij dubbel en dwars verdiend ????
Vind ik ook! En nu weer snel op de bank met zijn koortswangen ☺️
Wat schrijf jij prachtig, eerlijk en vanuit je gevoel! Altijd fijn je stukjes te lezen. Ben benieuwd naar z’n vleesetende plant ?, grappige wens ook?. Hij zal vast snel z’n plekje veroveren, dat kan niet anders!
Miranda