Met een steen in mijn maag bel ik het opname bureau van het Sophia kinderziekenhuis. Als het goed is, is onze zevenjarige weer ingepland voor een scopie om te kijken hoe het er voor staat met zijn binnenkantje.
Nadat ik wat gegevens heb doorgegeven, krijg ik 13 oktober te horen. 13 oktober is de datum. “Oke, bedankt dat is fijn om te weten.” Hoor ik mezelf zeggen. En als op de automatische piloot begin ik met het geregel.
Ik bel als eerste mijn man om de datum door te geven, zodat hij in dezelfde automatische piloot kan springen. Als zelfstandig ondernemer en harde werker die hij is, moet hij ook één en ander regelen om een paar dagen vrij te zijn. Vervolgens laat ik de roostermaker van mijn werk weten dat ik graag vrij wil. De verpleegkundigen breng ik op de hoogte dat ze niet hoeven te werken die dagen en ik moet zorg dat zussie die dagen onder te pannen is. Ik stuur ook meteen een mail om een kamer in het Ronald mc Donald huis aan te vragen.
Ik zet het in de gedeelde agenda en ga door met waar ik mee bezig was. Zonder te voelen, zonder na te denken, gewoon slikken en door gaan.
Ho stop. Wacht. Ik zat gisteren bij de eerste cursusavond mindful parenting. Ik besef me dat ik totaal niet mindfull bezig ben. Ik ben aan het wegstoppen. Zo ver mogelijk. Ik trek mijn muurtje op en doe het kastje dicht. Tanden op elkaar en flink zijn. Overleven noem ik dat. Want als ik dat muurtje naar beneden zou laten en zou voelen wat dit telefoontje met me doet, dan zou ik hier ter plekke instorten denk ik.
De rest van de dag ben ik wel wat uit mijn doen. Een beetje sip. Ik kan net iets minder hebben van de kinderen en mijn energieshot krijg ik van een kopje koffie. Ik vraag me af hoe en hoe lang we dit nog moeten vol houden, maar weet ook dat het geen zin heeft om deze vragen te stellen.
Deze maand is het zes jaar geleden dat we eindelijk naar huis mochten na een maandenlang verblijf in het Sophie. Dat we nog de energie en de moed hadden om rechtop te lopen, verbaasde sommige mensen in onze omgeving.
Ik weet nog dat er mensen waren die toen zeiden: “Als jullie thuis komen en tot rust komen, dan komt de klap nog wel, denk aan jezelf!” Maar wij komen nooit tot rust, dus die klap is nooit gekomen.
Dus mijn strategie, mijn vriendin de automatische piloot, werkt prima voor nu. Ik geef haar een hand en ze helpt me overeind te krabbelen. Ze slikt mijn tranen weg, zegt dat ik op tijd naar bed moet gaan en zet mijn wekker om 7 uur. Ze vertelt me dat ik niet zo moet piekeren over ons reisje naar Rotterdam. Dat het zijn weg wel weer zal vinden. Dat ons gezin een goed team is en ik weet dat ze gelijk heeft. Als ik haar vertrouwde gezicht morgen in de spiegel zie, zal ze wat make-up op mijn wangen smeren voor een beetje kleur. Get up, show up and dress up. Niemand anders doet het voor je.