Na een pas op de plaats is de rust weer redelijk terug in huize zorgintensief. Grote broer moest drie nachtjes in het ziekenhuis blijven. Zussie ging uit logeren en wij konden gelukkig terecht in het Ronald mc Donald huis.
Daarna hebben ze ons weer vrij gelaten. We mochten weer fijn thuisziekenhuisje gaan spelen. Waar kun je fijner uitzieken dan thuis? Dekentje op de bank en Netflix op non-stop en ik? Ik kroop er lekker naast. Want ook al wordt ons de zorg door lieve verpleegkundigen uit handen genomen als onze zesjarige is opgenomen, het is niet zo dat we dan tot rust komen. In tegendeel. We schieten in de ziekenhuismodus waar ik al eerder over vertelde, en dat kost bakken met energie.
En daar is hij dan: De onvermijdelijke after opname dip. Door die paar dagen in het ziekenhuis zijn we weer even met onze bijvoeglijke neuzen op de feiten gedrukt. En het feit is dat we zorgintensief land nog lang niet kunnen verlaten. Er moeten nog zo veel bergen worden verzet om maar in de bijvoeglijke termen te blijven. Dat deze lieve grote broer nog steeds zo ziek wordt van een virus, vond ik op zijn zachtst gezegd wel een tegenvaller.
De artsen vonden het met zijn gecompliceerde luchtweg wel binnen ‘de lijn der verwachtingen’. Ergens wist ik dat ook wel, maar blijkbaar zijn mijn verwachtingen toch iets hoger dan die van hun.
En dat zorgt altijd voor de eerdergenoemde after opname dip. Een offday. Met uitloop naar een week. Moe, hoofdpijn en emotionele leegloop. Dat, of ik moet gewoon ongesteld worden. Geef me een paar dagen, ik zet weer even een pas op de plaats.